In augustus en septemberis meteen gestart met het benaderen van alle (potentiële) lokale projectpartners. Omdat dit heel breed is ingestoken, zaten hier ook tot dan toe voor de scholen onbekende partijen en personen bij. In iedere pilotschool is vervolgens een startsessie gehouden. Hierin presenteerden de scholen het project aan hun lokale partners. Deze partners kwamen vanuit heel verschillende achtergronden: brede schoolpartners zoals BSO, kinderdagverblijf en peuterspeelzaal, maar ook vormen van dagbesteding voor ouderen of gehandicapten, natuurgroepen voor jeugd, gemeente, woningbouwverenigingen, opbouwwerk, wijkcentra en buurtverenigingen, cultuurmakelaars, de harmonie en meerdere lokale bedrijven. In de startsessies werd door de aanwezigen vooral inhoudelijk gebrainstormd over de activiteiten die bij hún dorp of wijk zouden passen. Tal van ideeën passeerden de revue, die gedeeltelijk ter plekke al werden uitgewerkt tot voorstellen voor activiteiten. De vervolgstap is om hieruit lokale activiteitenkalenders samen te stellen.